Bij vraagstukken rond financiering speelt de waarde van je bedrijf altijd een rol. Waarde heeft een belangrijke immateriële component. Je hebt bijvoorbeeld met je bedrijf jarenlang gewerkt aan het bouwen aan een bekend en gewaardeerd merk. Dat vertegenwoordigt een waarde. Vaak staat goodwill ook op de balans. De waarde is mede afhankelijk van de vraag hoe je je IE hebt geregeld.
Een ander voorbeeld. Je bent bezig met een technische innovatie, maar je hebt geld nodig om een prototype te ontwikkelen en je productiecapaciteit in te richten en op te schalen. Dit vergt een forse investering waar je partners voor nodig hebt. Jouw verhaal wint aan kracht en vertrouwen als je IE van meet af aan hebt meegewogen in de vorm van i-DEPOT, bedrijfsgeheim, registratie van het model of misschien een eerste verkenning van de mogelijkheden voor octrooi.
Bij financieringsvraagstukken speelt altijd de vraag hoe gezond je bedrijf is. Een gezond bedrijf is in staat de concurrentie voor te blijven. Goed en slim je IE regelen, gaat je daarbij helpen.
Als je iets origineels hebt gemaakt of geschreven zoals een boek, artikel, kunstwerk of een foto, is het niet de bedoeling dat anderen daar zomaar gebruik van maken. Dat is geregeld in het auteursrecht. Het auteursrecht ontstaat vanzelf, simpelweg door een ‘werk’ te maken.
Het auteursrecht is een Nederlandse wet die al meer dan 100 jaar bestaat. Het auteursrecht geldt tot 70 jaar na de dood van de maker. Het is een verbodsrecht: je mag anderen verbieden jouw werk openbaar te maken. Bijvoorbeeld het gebruik van een foto die jij hebt gemaakt op internet of een andere (offline) publicatie, maar waar je geen toestemming voor hebt gegeven.
Je hebt recht op een vergoeding als iemand je werk wil gebruiken. Je hebt er immers waarschijnlijk behoorlijk wat tijd ingestoken om iets origineels te maken. Het recht op vergoeding kun je claimen vanuit het auteursrecht.
Het hoeft niet per se om een letterlijke kopie te gaan bij het auteursrecht. Of er sprake is van inbreuk op het auteursrecht is mede afhankelijk van hoe origineel het is. De auteur van Nijntje, Dick Bruna, maakte bijvoorbeeld succesvol bezwaar tegen een Japans konijntje: Katy. De rechter vond dat Katy echt te veel leek op Nijntje en daarom werd Katy verboden.
U wordt doorverwezen naar de website:
Bedrijfsgeheimen vertegenwoordigen een enorme waarde, met name voor het innovatieve bedrijfsleven. Steeds vaker proberen anderen die geheimen te ontfutselen: diefstal, kopiëren zonder toestemming, economische spionage… De risico’s zijn in onze open economie groot. Op 23 oktober 2018 is de Wet bescherming bedrijfsgeheimen (Wbb) van kracht geworden. Deze wet maakt duidelijk wat een bedrijfsgeheim is en hoe je het kunt beschermen.
Een bedrijfsgeheim bestaat uit alle knowhow die zo waardevol is dat jij daarom maatregelen hebt genomen om ze geheim te houden. Dat kan van alles zijn. Je klantenbestand, technische kennis, een nieuw concept, onderzoekgegevens, software, een werkproces, je ondernemingsstrategie, enz.
Een bedrijfsgeheim is voor veel bedrijven belangrijk. Als bedrijf bent je bezig met het verwerven, ontwikkelen en toepassen van knowhow en bedrijfsinformatie. Investeringen die grote invloed hebben op je concurrentiepositie, innovatievermogen en rendement. Informatie dus die vertrouwelijk moet blijven.
Om succesvol een beroep te kunnen doen op geheimhouding gelden drie voorwaarden:
De Wet bescherming bedrijfsgeheimen bied je de mogelijkheid om bij de rechter een vordering in te stellen als iemand inbreuk maakt op hun bedrijfsgeheim.
Op www.bedrijfsgeheim.nl vind je meer informatie.
U wordt doorverwezen naar de website:
Chips – elektronische plaatjes – worden verwerkt in heel veel gebruiksvoorwerpen. Een chip is geprogrammeerd om de werking van een apparaat te regelen. Het ‘chipsrecht’ is vergelijkbaar met het auteursrecht. Je mag het programma op de chip niet zomaar kopiëren. De maker heeft het recht om zijn chips commercieel te exploiteren.
Chips worden ook wel microprocessors, halfgeleiders of geïntegreerde schakelingen genoemd. Met het chipsrecht bescherm je topografieën van halfgeleiderproducten. Dat zijn de verbindingen die de chipmaker heeft aangebracht tussen de verschillende laagjes waaruit een chip bestaat. Het chipsrecht is alleen van toepassing als het een resultaat is van een intellectuele inspanning en het ontwerp niet algemeen bekend is in de halfgeleiderindustrie.
Om gebruik van je recht te kunnen maken, is inschrijving in het register verplicht. Dat doe je bij het Octrooicentrum Nederland, onderdeel van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).
U wordt doorverwezen naar de website:
Als je waardevolle informatie bij elkaar hebt gebracht in een doorzoekbare databank, dan is die informatie van jou. Het recht beschermt jou tegen het opvragen of hergebruiken van de data door anderen. Natuurlijk kun je anderen toestemming geven om er gebruik van te maken. Daar kun je dan een vergoeding voor vragen. Het databankenrecht ontstaat vanzelf.
Een databank is een verzameling van geordende gegevens. Een databank moet doorzoekbaar zijn met één of meer hulpmiddelen, zoals een index of een elektronische zoekfunctie. Het databankenrecht geldt voor het geheel van alle gegevens in de databank, op voorwaarde dat er substantieel geïnvesteerd is in de verkrijging, controle of presentatie van de inhoud.
Meer informatie over het databankenrecht vind je op de site van RVO.
U wordt doorverwezen naar de website:
Je domeinnaam is een unieke naam op het internet die verwijst naar een specifiek adres: het IP-adres. Je koopt een domeinnaam niet, je registreert hem. Let op dat je met je domeinnaam geen inbreuk maakt op de rechten van iemand anders of dat je een naam kiest die sterk op de naam van iemand anders lijkt.
Meestal wordt een domeinnaam gebruikt voor een website, om die makkelijk vindbaar te maken (zoals www.IE-goed-idee.nl). Maar je gebruikt een domeinnaam ook voor het aanvragen van een mailadres. Een domeinnaam bestaat uit twee delen, gescheiden door een punt. Het eerste deel is de naam. Het tweede deel is de extensie. Je kunt alleen kiezen uit extensies die door ICANN zijn bepaald. ICANN is de wereldwijde organisatie die deze extensies toewijst en beheert.
Een domeinnaam verwijst naar een IP-adres; het adres van de fysieke server waar de webpagina op staat. Via zo’n IP-adres kunnen computers elkaar online vinden en met elkaar communiceren. Een IP-adres wordt door weinig mensen gebruikt, omdat je een domeinnaam veel makkelijker onthoudt.
Je kunt een domeinnaam niet kopen, wel registreren. In dat geval krijg je het gebruiksrecht voor die domeinnaam voor de periode van een jaar. De naam is niet je eigendom. De aanvraag van een domeinnaam verloopt via een registrar. Een registrar is een bedrijf dat in opdracht van bedrijven, instellingen of personen een domeinnaam registreert. Alle .nl-registrars werken samen met SIDN, het centrale register voor alle .nl-internetadressen. SIDN bepaalt haar eigen beleid, maar staat onder coördinatie van de ICANN, die hiervoor wereldwijd verantwoordelijk is. Een domeinnaam is geldig zolang je aan de voorwaarden van registratie voldoet.
Meer informatie over domeinnamen vind je hier.
U wordt doorverwezen naar de website:
Iedere onderneming moet een bedrijfsnaam (handelsnaam) hebben. Deze naam geef je door bij de inschrijving in het Handelsregister van de KVK. Het handelsnaamrecht ontstaat door het gebruik van de handelsnaam. Je moet je handelsnaam actief gebruiken om bescherming te krijgen van de Handelsnaamwet. Bijvoorbeeld in je reclame, op je gebouw, website en facturen. Een handelsnaam is een plaatselijk recht. Dat wil zeggen dat het gebruik wordt geregeld in het verzorgingsgebied van je bedrijf.
In een bedrijfsnaam of handelsnaam komt soms een familienaam voor, maar je ziet ook zelf bedachte namen. De regels voor gebruik staan in de handelsnaamwet. Je kunt vanuit één bedrijf verschillende handelsnamen voeren. Een handelsnaam is geen merknaam. Voor een merknaam geldt dat de naam als merk geregistreerd moet zijn voor de diensten en producten die je aanbiedt. Een merknaam moet onderscheidend zijn. Een handelsnaam kan wel tevens merknaam zijn als producten en diensten onder dezelfde aan worden aangeboden zoals Philips bijvoorbeeld doet.
Het voorkomen van verwarring bij klanten is de belangrijkste functie van het handelsnaamrecht. Daarbij staan twee belangrijke vragen centraal:
Twee restaurants met dezelfde naam in dezelfde plaats zorgen voor verwarring. Maar een Jan Boer Fietsen en Restaurant Jan Boer niet.
Het handelsnaamrecht is een plaatselijk recht. Zolang twee bedrijven op verschillende plekken in het land naast elkaar dezelfde naam voeren en geen last van elkaar hebben, kunnen ze dat blijven doen. Ook al hebben ze met hun websites een landelijk bereik.
Het verzorgingsgebied is natuurlijk een rekbaar begrip. Een restaurant met een Michelin-ster richt zich op bezoekers uit het hele land. Goede kans dat een rechter bij een conflict beslist dat het handelsnaamrecht dan bescherming biedt voor gebruik in het hele land.
Als de een gaat uitbreiden en daarmee in het gebied van de ander komt, dan moet de nieuwkomer een andere naam kiezen. Het maakt niet uit of de nieuwkomer de naam al langer gebruikt. Of je kunt je handelsnaam natuurlijk al meteen als merk registreren, dan voorkom je dit soort problemen.
Op de site van KVK vind je meer informatie over (het kiezen van) je handelsnaam.
Of bekijk de video van KVK ‘Bedenk een unieke bedrijfsnaam’.
U wordt doorverwezen naar de website:
Je komt met iets nieuws, maar iemand anders beweert dat hij dat al eerder had bedacht. Deponeer daarom een nieuw idee altijd in het i-DEPOT. Je krijgt een datumstempel dat als wettelijk bewijs geldt dat jouw idee op die datum bestond. Je voorkomt daarmee niet dat iemand hetzelfde idee heeft, maar je kunt wel optreden als iemand doet alsof het zijn idee is.
Het vastleggen van een idee of concept in het i-DEPOT van BOIP (Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom) is een goede optie voor iedereen die een nieuwe idee heeft en daar iets mee wil. Let op, een idee op zich is niet te beschermen. De uitwerking ervan, zoals een concreet product, proces of dienst, eventueel wel. Dit kan bijvoorbeeld met het model-, octrooi- of merkrecht.
Soms is het ook nuttig om te kunnen aantonen dat jouw idee op een bepaald moment al bestond. Bijvoorbeeld wanneer een conflict ontstaat met een (potentiële) partner en je wilt bewijzen dat het oorspronkelijk jouw idee was. Een idee vastleggen kan daarom verstandig zijn, als je later moet aantonen dat je het gecreëerd, bedacht of ontworpen hebt.
Op de website van BOIP vind je meer informatie over het I-DEPOT. Hier kun je direct je I-DEPOT vastleggen.
U wordt doorverwezen naar de website:
Het kwekersrecht beschermt nieuwe plantenrassen. Kwekersrecht wordt toegekend aan een ras en niet aan een soort. Dus bijvoorbeeld: appels zijn een soort en Jonagold is een ras. Bovendien moet het ras een naam hebben.
Als eigenaar van het nieuwe ras heb je het alleenrecht om een nieuw plantenras te telen en te verhandelen. Ook mag jij alleen het ras geschikt maken voor vermeerdering, uitvoeren, invoeren of opslaan.
Het kwekersrecht is maximaal 25 jaar geldig. In Nederland wordt een uitzondering gemaakt voor wijnstokken, bomen, aardappelen én bolgewassen. Ook hiervoor geldt een bescherming voor maximaal 30 jaar.
In Nederland vraag je kwekersrecht aan bij de Raad voor de plantenrassen. Daar vind je ook meer informatie.
U wordt doorverwezen naar de website:
Merken zijn tekens die dienen om producten of diensten van verschillende bedrijven of organisaties van elkaar te onderscheiden. Die tekens kunnen woorden zijn (woordmerken), een logo/beeldmerk, zoals de appel van Apple en een combinatie van beide. Maar bijvoorbeeld ook vormen, kleuren en zelfs klanken kunnen merken zijn. Een merk is pas een merk als het geregistreerd is. Jouw merk, design of ontwerp, naam of product is uniek. Dat kan je beschermen bij het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom (BOIP); dé officiële instantie.
Je steekt vaak veel geld in marketing van je bedrijf, producten of diensten. Dan wil je daar ook van profiteren. Je wil voorkomen dat er verwarring ontstaat tussen jou en je concurrenten. Door je merk te registreren voorkom je dat die verwarring kan ontstaan. Ontstaat er toch verwarring in jouw ogen doordat iemand een merk gebruikt dat erg op dat van jou lijkt, dan kun je dat juridisch aanvechten: jij bent de eigenaar van je merk. Er zijn eigenlijk drie niveaus waarop je je merk kunt registreren: voor de Benelux (via BOIP), voor de gehele Europese Unie en via een internationaal verdrag in meer dan 100 daarbij aangesloten landen.
Een merk moet onderscheidend zijn. Een bestaand woord is moeilijk te registreren. Apple kan geen merknaam zijn voor appels, maar wel weer voor een computer. Ook een slogan kun je in bepaalde gevallen als merk registreren. ‘Have a break, have a ….’, is na jaren zo ingesleten dat het als merk geregistreerd kon worden.
Wist je trouwens dat partijen als Amazon en Bol.com voor sommige producten de eis stellen dat ze als je merk geregistreerd zijn? Deze platforms willen de betrouwbaarheid van de producten waarborgen, die via hen worden verkocht. Daarnaast willen ze voor online verkoop geen verwarring voor hun klanten, die moeten weten wat ze kopen.
Meer weten? Kijk op de website van Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom (BOIP).
U wordt doorverwezen naar de website:
Het modelrecht regelt het gebruik van de vorm van een voorwerp dat op industriële of ambachtelijke wijze is vervaardigd. Het modelrecht is bijvoorbeeld van toepassing voor een paraplu met een tulpvormig handvat, voor tandenborstels in de vorm van een krokodil en over een dienblad voor bier met een fietsstuur erop. Kortom: de bescherming van vormgeving. Het is geen Nederlands recht maar een Benelux-recht. Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom (BOIP) is dé officiële instantie voor modelregistraties.
Een model kan driedimensionaal zijn, zoals het tulpvormige handvat of de tandenborstel, maar ook tweedimensionale vormgeving kan door het modellenrecht worden beschermd. Denk dan bijvoorbeeld aan behang, gordijn- of kledingstoffen. Als het tweedimensionaal is noemen we het meestal een tekening.
Om een model te kunnen registreren zijn twee vragen belangrijk:
Bij BOIP kan je je design vastleggen in een modelregistratie. Hiermee krijg je het exclusieve recht op het gebruik van dit design en kun je bijvoorbeeld je model of tekening beschermen tegen anderen die het willen namaken of misbruiken. Een modelregistratie is vijf jaar geldig en kan steeds met vijf jaar worden verlengd (vernieuwd), tot een maximum van in totaal 25 jaar.
Meer weten? Kijk op de website van Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom (BOIP).
U wordt doorverwezen naar de website:
Een octrooi, ook wel patent genoemd, beschermt je technische uitvinding. Het octrooi kan betrekking hebben op een product of op een proces waarmee je tot een resultaat komt. Maximaal 20 jaar mogen anderen je uitvinding niet gebruiken, tenzij je hiervoor toestemming geeft. In Nederland kun je octrooi aanvragen bij Octrooicentrum Nederland, onderdeel van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).
Een octrooi begint op het moment van verlening. Voor Nederland geldt dat jij je octrooirecht hebt zodra Octrooicentrum Nederland het octrooi heeft verleend. Een octrooi aanvragen is best ingewikkeld en de formulering van een octrooiaanvraag luistert nogal nauw. Daarom is het verstandig om hierbij de hulp van een octrooigemachtigde in te schakelen. Dit is een specialistisch adviseur die geld kost. Maar voordat je dat gaat doen, is het raadzaam om vooraf informatie in te winnen bij Octrooicentrum Nederland. De octrooiadviseurs ondersteunen je graag met onafhankelijk en gratis advies.
Een octrooi moet aan 3 voorwaarden voldoen:
Meer weten? Kijk op de website van Octrooicentrum Nederland.
U wordt doorverwezen naar de website:
Beschermde Oorsprongsbenaming (BOB) kun je aanvragen voor producten waarvan productie, verwerking en bereiding plaatsvinden binnen een bepaald geografisch gebied. Voorbeelden van Nederlandse producten met een BOB zijn de Opperdoezer en een Edammer. Steeds belangrijker voor veel consumenten, maar wel aan regels gebonden. En je kent vast ook de Europese producten Feta en Parmaham.
Streekproducten worden steeds populairder. Het gaat om bijzondere landbouwproducten en levensmiddelen. Je kunt in de Europese Unie je product beschermen als Gegarandeerd Traditionele Specialiteit (GTS), als Beschermde Oorsprongsbenaming (BOB) of als Beschermde Geografische Aanduiding (BGA).
Een beschermd streekproduct moet voldoen aan een aantal voorschriften, bijvoorbeeld over de productiemethode, de productsamenstelling en de geografische oorsprong. Deze voorschriften zijn beschreven in het productdossier voor dat product. Iedereen die het product maakt volgens de voorschriften in het productdossier, mag de aangegeven naam voeren. Daarin verschillen deze beschermingsvormen van een merk, dat alleen de houder van dat merk mag gebruiken.
De bescherming geldt alleen binnen de EU en is gratis voor de aanvrager. Het aanvragen van de registratie als streekproduct doet u via AGOS (Adviescommissie geografische aanduidingen). De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) is het secretariaat van de adviescommissie.
Op de site van RVO vind je meer informatie.
U wordt doorverwezen naar de website:
Als je samen met andere partijen werkt aan iets nieuws, dan is het goed vooraf te regelen hoe je met het intellectueel eigendom wilt omgaan. Dat regel je in een samenwerkingsovereenkomst.
Samenwerken heeft heel veel voordelen. En dat gebeurt dan ook volop in Nederland. Heel wat ondernemers weten elkaar te vinden. Maak hierbij altijd goede afspraken. Niet alleen over de verdeling van opbrengsten en verliezen, maar ook over het intellectueel eigendom. Dan pluk je echt de vruchten van je innovatie.
Een simpel voorbeeld: een belangrijke eis voor een octrooi is nieuwheid. Zodra een idee gedeeld is met een ander, is de nieuwheid eraf en is het niet meer mogelijk octrooi te verkrijgen.
Er zijn heel wat bedrijven die vol energie samen een nieuw product ontwikkelen. Gaandeweg blijkt de samenwerking toch niet zo soepel te gaan en eindigt de samenwerking. Van wie is dan het nieuwe product? Vooraf afspraken vastleggen, maakt dat je toch door kunt gaan. Ook als de samenwerking eindigt. Je zorgt dat:
Op de site van RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) vind je meer informatie over het nut van de Samenwerkingsovereenkomst.
U wordt doorverwezen naar de website: